In veel steden zijn drukke smalle wegen. Soms heeft de gemeente daar eenrichtingswegen van gemaakt. Dat is handig, want je weet nu dat er geen verkeer tegemoet mag komen rijden. Soms denken kinderen: ik kan in zo'n straat lekker breeduit fietsen want er kan toch niemand tegemoet komen rijden. Maar dat is natuurlijk niet de bedoeling. Want stel dat er toch een fietser van de verkeerde kant de straat in rijdt. Omdat hij geen zin had om óm te rijden, bijvoorbeeld. Of dat een auto jou wil inhalen en jij gaat zomaar naar het midden van de weg...!

Nadelen

Eenrichtingswegen hebben ook nadelen. Soms moet je een heel eind omrijden om ergens te komen. Daarom mogen fietsers vaak wél van twee kanten de eenrichtingsweg in, als die tenminste breed genoeg is. Maar dan hangt er altijd een onderbord onder het verkeersbord.